Hoe word je nierdonor?

Stap 1: vergelijk de bloedgroepen

Vergelijk de bloedgroepen
De eerste check die je kan uitvoeren is vrij simpel. Je hoeft alleen maar de bloedgroep van de donor en de aanstaande ontvanger te weten. Ook de huisarts of de specialist zal dit als eerste checken.
De bloedgroepen van donor en ontvanger móeten bij elkaar passen (matchen), dat is een absolute voorwaarde.
Dit zijn de mogelijkheden:

De donor met
  • bloedgroep A: kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep A en AB

  • bloedgroep B: kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep B en AB
  • bloedgroep AB: kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep AB.
  • bloedgroep O: kan een nier geven aan een ontvanger met bloedgroep A, B, AB en O

  • De ontvanger met
  • bloedgroep A: kan een nier krijgen van een donor met de bloedgroep A en O
  • bloedgroep B: kan een nier krijgen van een donor met de bloedgroep B en O
  • bloedgroep AB: kan een nier krijgen van een donor met de bloedgroep A, B, AB en O.
  • bloedgroep O: kan een nier krijgen van een donor met de bloedgroep O

  • In schema:
    Rhesusfactor
    Die speelt bij een niertransplantatie geen feitelijke rol.
    Als de ontvanger Rhesus-positief is, en dat is bij circa 85% van de mensen het geval, dan maakt het niet uit wat de Rhesus-factor van de donor is.
    Is de ontvanger Rhesus-negatief en de donor Rhesus-positief, dan zou er in theorie een probleem zijn. Bij een eerste bloedonderzoek zal dat zeker blijken.
    Verschillen in de Rhesus-factor komen bij transplantaties echter niet tot uiting in de nier, er wordt dan ook niet op gescreend.

    Bijzonderheden: baby's tot 5 maanden stoten donororganen niet af
    Transplantatie van organen kan een zegen zijn voor patiënten die anders 'afgeschreven' moeten worden. Maar het is niet eenvoudig. Niet alleen vanwege de beperkte beschikbaarheid van organen, maar ook door de beruchte afstotingsverschijnselen. Min of meer per ongeluk is ontdekt dat zuigelingen daar nog geen last van hebben.
    Toen Luke Cowdell werd geboren zagen de verpleegkundigen meteen dat hij niet de roze kleur van een gezonde baby had. Door een defect aan zijn hart kregen zijn handen en voeten geen bloed. Toen een spoedoperatie niets uithaalde, was een harttransplantatie nog de enige mogelijkheid.
    Luke kreeg een bijzondere transplantatie: in oktober plaatsen chirurgen van het Emoryziekenhuis in Atlanta een hart bij hem in met de verkeerde bloedgroep, willens en wetens. Nu is Luke een gezonde, blije baby van vijf maanden. Hij is een van de weinige baby's die een hart heeft dat tot voor kort als niet geschikt voor zijn lichaam zou zijn gezien. Luke, die bloedgroep 0 heeft, kreeg een hart van een kindje met bloedgroep A. Dat druist lijnrecht in tegen de ijzeren regel die tot nu toe heeft gegolden in de transplantatiepraktijk en die in zijn algemeenheid nog steeds opgaat. Normaal zou er ook in Luke's geval zijn gewacht tot er een hart van het type 0 beschikbaar kwam. Maar de artsen in Atlanta dachten dat Luke niet lang meer te leven had en zij wisten dat er al meerdere baby's met een 'verkeerd' hart in leven waren gehouden.
    Het transplanteren van niet overeenkomende organen loopt meestal dodelijk af, zoals vorig jaar nog eens werd bewezen toen de 17-jarige Jesica Santillan per ongeluk een hart en longen kreeg ingeplant van een verkeerd bloedtype. Haar lichaam stootte de vreemde organen onmiddellijk af en Jesica overleed.
    Drie jaar geleden publiceerde de Canadese Lori West een onderzoek waarin zij aantoont dat zuigelingen nog niet beschikken over de antistoffen die vreemde bloedgroepen afstoten.
    Sindsdien zijn er enkele tientallen zuigelingen voorzien van een afwijkend hart zonder dat er afstoting plaatsvond. Nadat was vastgesteld dat de kans op overleving na transplantatie van een afwijkend hart even groot is als na transplantatie van een overeenkomend hart, werd de methode van West door de medische stand gesanctioneerd.
    Maar hij wordt nog niet vaak toegepast, omdat artsen er begrijpelijkerwijs moeite mee blijven hebben om de gulden regel van de transplantatie te overtreden.
    Omdat babyhartjes zo klein zijn -ze hebben ongeveer de grootte van een aardbei- kunnen ze alleen het hart krijgen van een andere baby. Daardoor is de donorpool maar klein.
    In de VS moeten baby's gemiddeld 52 dagen wachten op een harttransplantatie. Vorig jaar hebben 82 kinderen onder de 1 jaar een nieuw hart gekregen, terwijl er 27 overleden terwijl zij op de wachtlijst stonden. Als een hart met een afwijkend bloedtype kan worden gebruikt gaan er minder organen verloren en kunnen er meer kinderen worden gered.
    Voor het hartje van type A dat Luke kreeg ingeplant stond op dat moment bijvoorbeeld geen andere kandidaat op de lijst.

    Boven de 1 jaar is mixen niet meer mogelijk. Dan moet iemand met bloedgroep 0 wachten op een hart van het type 0. Mensen met bloedgroep A of B kunnen worden geholpen met het overeenkomstig type of met 0, terwijl bloedgroep AB met alle andere bloedgroepen te combineren is.
    Bron: TC Tubantia, 30 maart 2004.